Startpagina

Boekbespreking

De levensloop van Adriaan van der Willigen (1766-1841).
Een autobiografie uit een tijdperk
van overgang.

'Sterrenstof.
Honderd jaar mythologie
in de Ned. Architectuur',
Auke v.d. Woud,
2008


'Onverstoorbare stromen'
('Des fleuves impassibles',
1997), Alain van Crugten.

Roermond
in de
(architectuur)
lectuur.

Nogmaals het grafmonument
in de
Munsterkerk

de Roermondse Kartuis

Kluizenaars in de stad

Roermond, biografie van een stad en haar bewoners

‘DOOD, MAAR NIET VERGETEN’

 

 

 

 

Boekbespreking.

Vernieuwde uitgave van het boek ‘DOOD, MAAR NIET VERGETEN’
Graven en grafkelders op ‘den Aje Kirkhaof’ in Roermond

 

De stad Roermond behoorde van 1716 tot 1794 tot de Oostenrijkse Nederlanden. Het was keizer Joseph II die in 1784 een decreet uitvaardigde dat er niet meer in kerken of op kerkhoven binnen de stad begraven mocht worden.

Lees verder ....>>>>

 


Kluizenaars in de stad’,
In 2012 verscheen van bouwhistorica Birgit Dukers het door Rura uitgegeven boekwerk ‘Kluizenaars in de stad’, een uitgebreidere versie van haar artikel ‘De bouwgeschiedenis van de Roermondse kartuis’ in de bundel ‘Het geheim van de Stilte’ uit 2009.

Lees verder>>>>

 

 

 

 


 


De levensloop van Adriaan van der Willigen (1766-1841).
Een autobiografie uit een tijdperk van overgang.

Met ruim 730 pagina’s is De levensloop van Adriaan van der Willigen ongetwijfeld een van de dikste autobiografische uitgaven uit de periode rond 1800.
Hoewel volumineus, is deze levensbeschrijving allerminst saai.
Daar staan de kleurrijke figuur van de hoofdpersoon en de overzichtelijke bewerking van de tekst wel garant voor.

Lees verder >>>>

 

 

 

 


'Sterrenstof. Honderd jaar mythologie in de Ned. Architectuur', Auke v.d. Woud, 2008

Dit in okt. 2008 verschenen spraakmakend boekje van hoogleraar architectuur Auke van der Woud
wordt in de pers aangekondigd/aangeprezen met de volgende inleidende tekst:
“Al honderd jaar wordt beweerd dat H.P. Berlage en P.J.H. Cuypers respectievelijk de vader en de
grootvader van de moderne Nederlandse architectuur zijn. Auke van der Woud analyseerde hoe
hun reputaties ontstonden, en hoe die steeds weer werden bevestigd. Uit zijn eerder onderzoek
(Waarheid en Karakter, 1997) was gebleken dat Berlage en Cuypers rond 1895 door een kleine
luidruchtige aanhang tot de leiders van de architectuur werden benoemd. Sterrenstof laat zien dat
die gehypte beeldvorming in de twintigste eeuw continu kritiekloos werd herhaald. De gevolgen zijn
groot geweest. Nederland heeft (uniek in de westerse wereld) in de twintigste eeuw een zeer
onvolledig, verwrongen en negatief beeld van de negentiende-eeuwse architectuur gehad en de
focus op Berlage en Cuypers heeft van de Nederlandse architectuurgeschiedenis een bizar sprookje
gemaakt. Sterrenstof is behalve een scherpe kritiek op de geschiedschrijving daarom ook een
pleidooi voor een andere architectuurgeschiedenis. Daarin worden de eigenschappen van de
moderniteit al in de negentiende eeuw aangewezen. Cuypers en Berlage krijgen dan een andere
positie: van twee architecten die met de rug naar de toekomst stonden.”

Lees verder>>>>



'Onverstoorbare stromen' ('Des fleuves impassibles', 1997), Alain van Crugten.

Ik kreeg dit boek vorig jaar voor mijn verjaardag. Titel noch schrijver zeiden me iets, maar ik las het
in één ruk uit. Enkele recensies verhalen er aldus over:
“Debuutroman van een hoogleraar slavistiek in Brussel. Het verhaal speelt zich af in Roermond en
omgeving, in een klein-seminarie te Sart-le-Duc (Rolduc?) en op het einde in Brussel, in de jaren
1897-1914. Gerard van Melick, geboren in 1878 te Sint-Odiliënberg, groeit op in een gezin met een zeer
autoritaire vader, die alleen oog heeft voor zijn eigen belangen en doeleinden. De familie verhuist naar
Roermond. Gerard studeert op het klein-seminarie. De paters daar zijn autoritair en huichelachtig. In de
loop van het romangebeuren verliest Gerard zijn r.k.-geloof. Hij maakt kennis met een vrouw, die een hoer
blijkt te zijn. En hij loopt het meisje mis dat van hem houdt. Hij vlucht uiteindelijk naar België en trouwt
daar. Het boek is vlot geschreven, maar is nogal wijdlopig. De typeringen zijn zwart-wit. De historische
achtergrond is interessant. Het boek behoort tot de betere lectuur.”(Biblion recensie, J.G.W. Gielen.)
Of, zoals Joris Vermeulen het stelt in Trouw dd. 24 april 1998: “De onverstoorbare stromen uit de titel,
ontleend aan een gedicht van Rimbaud, (hebben) in het boek een tastbare vorm gekregen als de Roer, die
zowel door St. Odiliënberg als Roermond stroomt, en de Maas, waarin de Roer uitmondt. De rivier staat
voor geluk, standvastigheid, inzicht: de hoofdpersoon Gerard van Melick, vist als onbevangen jochie
kreeftjes in de Roer, of dobbert met de wulpse Julia op het water en beseft dat het priesterschap niet zijn
roeping is”.

Lees verder>>>>


Roermond in de (architectuur) lectuur.

Roermond figureert tamelijk prominent in literatuur over kunsthistorie en architectuur, niet in de
laatste plaats te danken aan Cuypers en Nicolas en hun ateliers en navolgers. Zeker de afgelopen
twintig jaar is er een reeks van studies en dissertaties verschenen met veel aandacht voor neogotiek,
19e eeuwse architectuur in het algemeen, kunstnijverheid en monumentenzorg.

Lees verder>>>>


Nogmaals het grafmonument in de Munsterkerk


Recent zijn er twee studies verschenen over het mausoleum in de Munsterkerk, te weten:
Het grafmonument van Gelre: het praalgraf Gerard II van Gelre en Margaretha van Brabant
in de Munsterkerk te Roermond en de jongste restauratie ervan, van D. Schulz en B. van
Bommel uit 2007; en Het praalgraf van Gerard van Gelre en Margaretha van Brabant in de
Munsterkerk te Roermond
van H. Tummers, A. Truyen en G. Venner in 2008.[ 1]
Is het op zichzelf al opmerkelijk dat vlak na elkaar twee studies uitkomen die minutieus de
restauratie van een zelfde object volgen, je zou verwachten dat in het tweede werk uit 2008
verwezen zou worden naar het eerste uit 2007; dat gebeurt evenwel niet, enkel bedekt of indicatief.

Lees verder>>>>


de Roermondse Kartuis

Dit jaar zijn er rond dit thema twee boekwerken verschenen, De Martelaren van Roermond, en de
catalogus inzake de gelijknamige tentoonstelling Het geheim van de stilte.

Lees verder>>>>


EEN SPIEGEL VAN CRAQUELÉ

Het boek met bovenstaande titel verscheen in februari 2010 en is van de hand van Roermondenaar André Bloemers (68). Geboren is hij in Swalmen in 1941. Zijn vrouw Fieke in Heerlen in 1944. Beide zijn opgegroeid in Roermond en beide zijn oorlogskinderen. De auteur was geschiedenis en Duits leraar in het Voortgezet Speciaal Onderwijs en in de tachtiger en negentiger jaren raadslid en wethouder in Roermond. Dan volgt de relatieve rust van de derde levensfase en komt hij toe aan de reflectie die eigenlijk meer is dan een Spiegel Historiael van zijn en Fieke’s leven. Zelf zegt hij erover: “Je ontdekt het laat in je leven. Je bent oorlogskind en dit toeval bepaalt je leven diepgaand. Beelden uit je eerste levensjaren komen laat en fragmentarisch aan het licht. Dan moet je op ontdekkingstocht. Het is alsof je kijkt in een spiegel van craquelé.”
Twee dagboeken van Roermondse verzetsmensen vormen zijn vaartuig naar het verleden van de Tweede Wereldoorlog in een stad die vanaf 1944 meer en meer een frontstad werd. Cruciale vragen roepen die dagboeken op bij zowel André als Fieke. Die vaak pijnlijke vragen roepen om een poging antwoord te krijgen op ervaringen en emoties die lange tijd in hun beide al te lang sluimerden.
Beiden betalen een hoge oorlogstol. Fieke verliest op 1 maart 1945, de Bevrijdingsdag van Roermond, haar vader en André verliest zijn broertje van bijna drie aan difterie. Daarna is hun leven fundamenteel anders.
Dit boek is dan ook geen klassiek historisch document, het poogt de invloed van oorlog, van een valse start in het leven, beter te begrijpen. Het is een permanent actuele kwestie, want altijd weer zijn er oorlogen waarin kinderen worden geboren en opgroeien en altijd weer zijn Nederlanders bereid daarin een (“helden”)rol te spelen. Veel oorlogskinderen van toen blijken daar tijdens hun leven extra moeite mee te hebben.
Het simpele feit dat je geboorte tussen 1940 en ’45 plaats vond is eveneens van invloed op de kijk die velen van hen hebben op ook andere maatschappelijke vraagstukken en ontwikkelingen als de deconfessionalisering, de enorme welvaartsgroei en het populisme.
De schrijver zet dit alles af tegen de eigen kinderlijke ervaringen – bijvoorbeeld de evacuatie – en die van de mensen in Roermond die een kleine of grote rol speelden in het kelderleven uit de dagboeken van Mathieu Fonteijn en van “ome” Sjeng Tonnaer. Hij is duidelijk geen cultuurpessimist, maar heeft wel zorgen én verwachtingen voor de samenleving waarin zijn kleinkinderen zullen gaan leven. Een boek vol herkenning en gericht op de toekomst.

“Een spiegel van craquelé” is digitaal verkrijgbaar bij: www.freemusketeers.nl of www.bol.com

U kunt ook eerst even kijken op: www.bloemersboek.nl