Kermisprimeur
blijkt ordinair jatwerk
persbericht
de Limburger 31 maart 2009
Het
was een revolutie in de kermiswereld van begin vorige eeuw: de cakewalk.
Gerrit Wegkamp uit Roermond was in 1909 de eerste exploitant die de
nieuwe attractie
in Nederland introduceerde. Rijk is hij er waarschijnlijk niet van geworden,
vermoedt
amateur-historicus Ruud Lamboo.
Maar de Roermondse kermisexploitant GerritWegkamp heeft er wel mooi
het predikaat
‘eerste exploitant van een cakewalk in Nederland’ aan over
gehouden. „In 1909 op de kermis
in Hengelo”, stelt Lamboo. Daar stondWegkamp voor het eerst met
zijn cakewalk.
Enkele maanden later verscheen de nieuwe attractie ook op de kermis
in Roermond.
„Twee in tegenovergestelde richting bewegende bruggen”,
zegt Lamboo. Meer was het
eigenlijk niet. Maar voor die tijd was dat zeer spectaculair. Overgewaaid
uit Amerika,
waar het toestel werd uitgevonden als een soort mechanische variant
van de
dans de cakewalk. Daarbij werden wilde sprongen en bewegingen afgewisseld
met plechtig en overdreven deftig lopen.
In zijn boek ‘De
Cake-Walk, Van krankzinnige dans naar kermisattractie’ duikt Lamboo
in de historie van dit vernieuwende kermistoestel.
En beschrijft hij de rol die de Roermondse kermisfamilie Wegkamp-Van
Bergen speelde bij de introductie van deze verre voorloper van het Luna
Park en de Shimmy.
En wat blijkt:Wegkamp heeft zijn primeur gewoonweg gejat. „Dat
gebeurde in die tijd overigens wel vaker”, zegt Lamboo er snel
bij.
Nieuwe kermisattracties werden veelvuldig gekopieerd. En precies dat
deedWegkamp ook.
Want de draaimolen, die hij na zijn huwelijk met Bets van Bergen van
de bekende Roermondse kermisfamilie, van zijn vader overnam, kon hem
niet echt bekoren.
De ambitieuzeWegkamp wilde meer. En zodoende toog hij op een zekere
dag naar de kermis in Hamburg, zo blijkt uit publicaties die Lamboo
op heeft gedoken.
Wegkamp had succes. ‘Daar stond een zaak, die het zeer druk had
en die hem dermate interesseerde dat hij ‘s nachts stiekem onder
het zeil kroop.’ Gewapend met duimstok, een kaarsje en potlood.
‘Niet alleen om de zaak eens in ogenschouw te nemen.’Wegkamp
maakte een schets van de attractie.
En met die gegevens reisde hij terug naar Nederland, waar hij zijn plannen
verder uitwerkte en vervolgens zelf een cakewalk (liet) bouwen. Die
zaak liep als gesmeerd, maar de concurrentie
sliep niet. Binnen afzienbare tijd groeide volgens Lamboo het aantal
vergelijkbare attracties met de dag.Wegkamp deed zijn zaak van de hand
en reisde tot de Tweede Wereldoorlog verder met een velodrome.
Toch heeft de Roermondenaar
hiermee mede aan de wieg gestaan voor het latere Luna Park en de Shimmy.
Aan de ‘bewegende bruggen’ van de cakewalk werden namelijk
steeds meer onderdelen toegevoegd. Van lopende banden tot bewegende
trappen en draaiende tonnen waar bezoekers doorheen moesten lopen.Waarbij
de in Roermond gebruikte benaming Shimmy (eveneens afgeleid van een
gelijknamige dans uit Amerika) voor de attractie volgens Lamboo trouwens
niet helemaal juist was. „De Shimmy is eigenlijk alleen de bewegende
trap aan de voorkant van de kermisattractie”, zegt Lamboo. Mensen
stonden vaak minutenlang te worstelen om de naast elkaar geplaatste
trappen die tegen elkaar in bewogen te overwinnen. Doordat de exploitanten
de trappen aan de buitenkant van de attractie plaatsten was het gestuntel
gratis reclame en was publiek voor de attractie verzekerd.
Het eenvoudig
ingebonden boek ‘De Cake-Walk, Van krankzinnige dans naar kermisattractie’
van Ruud Lamboo is voor 7,50 euro te koop bij boekhandel Boom aan de
Neerstraat in Roermond.