Hoofdpagina

 

De bom in de Ernst Casimirkazerne
Frank Oosterboer, 2015


Je geeft een stukje van je vrije tijd, voor als het erop aan komt, en wordt vrijwillig soldaat bij de Nationale Reserve. Samen met een flink aantal andere NATRES-militairen draai je een meerdaagse oefening en op zaterdag ga je moe maar voldaan naar huis. Om lekker wat slaap in te halen denk je.


Menigeen had na het vervullen van zijn militaire dienstplicht een gemis. Je miste je maten uit dienst, de samenwerking, het saamhorigheidsgevoel. Je kon twee dingen doen: wachten tot dit gevoel vanzelf verdween zoals de meesten deden of je nam dienst bij de Nationale Reserve, kortweg NATRES. Paul Koppen koos voor het laatste en trad begin 1982, vier maanden nadat hij als Libanonganger was afgezwaaid, toe tot NATRES-peloton 425 dat zijn thuisbasis had in Weert. Net als in het leger werd hij weer korporaal en hield zich vooral met verbindingen bezig. Hij was niet de enige van de familie Koppen die bij de NATRES ging, ook zijn broer Erik maakte deel uit van 425 Peloton.
In september 1984 kreeg het peloton een nieuwe commandant, Hans Schoenmakers. Deze was als tweede luitenant afgezwaaid bij 17 Painfbat en had RIM-status, rechtstreeks instroombaar mobilisabel. Dat hield in dat hij de eerste tien jaar niet op herhaling zou hoeven en dat vond Schoenmakers zonde, hij had zoals hijzelf verwoordde een dure opleiding gehad en vond het jammer dat hij er niets meer mee kon doen. Zodra het geoorloofd was solliciteerde hij bij de NATRES.


De NATRES was, zoals Hans Schoenmakers snel ontdekte, toch heel andere koek dan het reguliere leger. Al op Schoenmakers eerste oefening, de beveiliging van een steenfabriek, verveelde hij zich dood. In zijn diensttijd was hij meer dynamiek gewend. Dat vertelde hij aan S2/3* majoor Jonge en zo begon het balletje te rollen dat uiteindelijk zou leiden tot het incident een jaar later in de Ernst Casimirkazerne.
Majoor Jonge vroeg Schoenmakers of hij wellicht wat 'acties' zou willen uitvoeren om de oefeningen van de pelotons wat te verlevendigen en dat werd niet aan dovemansoren gevraagd. Ook ging 425 Peloton fungeren als oefenvijand bij gemeenschappelijke KMA-KMS-oefeningen*. Schoenmakers terugkijkend: “De ideeën en uitvoeringen die daarbij opkwamen werden steeds uitbundiger.”


Oefening Limburg Stand By
Eind 1985 stond er een grote meerdaagse NATRES-oefening op het programma die men Limburg Stand By had gedoopt. Een zestal NATRES-pelotons uit de provincie zouden van woensdag tot en met zaterdag in de laatste week van november een aantal strategische objecten in de provincie beveiligen: Vliegveld Beek (het huidige Maastricht-Aachen Airport (MAA)), de Clauscentrale en enkele verkeersbruggen over de A2 bij Maasbracht. 425 Peloton werd speciaal opgeroepen om als oefenvijand subversieve acties uit te voeren.
Tijdens een pelotons lessenavond op de Van Hornekazerne in Weert stak men de koppen bij elkaar en ging aan de hand van het oefendraaiboek na wat er aan ‘leuke dingen’ te bedenken viel. “Acties,” aldus Hans Schoenmakers “die zoden aan de dijk zetten.” Gedacht werd aan onconventionele methodes om ongemerkt de bewaakte objecten binnen te dringen, want de reguliere opties waren uit en te na bekend bij de collega’s. Van diverse complexen kende men medewerkers en daar probeerde men gebruik van te maken. Zo bezocht even later korporaal Fer Thijssens in driedelig pak het hoofd beveiliging van Vliegveld Beek. De zaken werden serieus aangepakt.
Uit de groep kwam die avond ook het idee om nepbommen te maken en Paul Koppen bood aan de uitvoering hiervan op zich te nemen. Samen met zijn broer Erik werd een tweetal, bedrieglijk echt lijkende ‘bommen’ in elkaar geknutseld. De grootste bom werd van een auto brandblusser gemaakt die legergroen werd gespoten en met behulp van een sjabloon voorzien van gele letters en cijfers, in dezelfde stijl als op munitiekisten. Een oud maar werkend digitaal horloge werd gemonteerd en aangesloten met getordeerde draden. Bom twee had als huis een houten sigarenkistje en bevatte genoeg details om de leek van zijn ‘echt-heid’ te overtuigen. Nu was alles gereed om Limburg Stand By tot een gedenkwaardige oefening te maken, waarbij de afloop de fantasie onverwacht verre zou overtreffen.


Limburg Stand By startte op de Ernst Casimirkazerne in Roermond, die destijds het Technisch Specialisten Opleidingscentrum huisvestte. Vanuit hier ging een ieder op pad om de plaats in te nemen die het oefendraaiboek voorschreef. De mannen uit Weert gingen naar Vliegveld Beek waar in de buurt van de grondradar een boogtent werd opgezet en waar ze volgens Paul Koppen een paar dagen in de blubber zaten. De weergoden hadden die dagen een slecht humeur. Lichte vorst ‘s nachts en amper boven nul overdag op donderdag en vrijdag, gepaard gaand met dichte bewolking waaruit een vervelende koude regen viel, de relatieve luchtvochtigheid kwam niet onder de 90%. De laatste oefendag, zaterdag, kende hogere temperaturen maar er viel gedurende 10 uur meer dan 10 mm neerslag*.
Kou en regen konden niet verhinderen dat de eerste bom, de groen gespoten brandblusser, met succes geplaatst werd en wel in het toilet onder de OPS-room** van het vliegveld. Niet veel later werd hij ontdekt en na enige lichte paniek en moei-zaam gecommuniceer, werd duidelijk dat het een nepper was die verder geen consequenties had. Iemand merkte later op dat plaatsing in de WC niet zo slim was. Hij veranderde van mening toen opgemerkt werd dat het daar wel een dragende muur betrof.
Aan alle ellende komt een eind en op zaterdagmiddag mocht een natte boogtent afgebroken en opgevouwen worden, waarna het vertrek naar de plaats waar het allemaal begonnen was op het programma stond: de Ernst Casimirkazerne. Na een paar dagen in de modder was een ieder eraan toe om zichzelf en zijn uitrusting te reinigen, ook om echtgenote of vriendin thuis niet te veel te ontrieven. Alle spullen zoals wapens en uitrusting werden immers thuis bewaard en ruzie met de vrouw, aldus Paul Koppen, konden ze er niet bij hebben. In legeringsgebouw B werden de plunjebalen op de kop gezet en moest er even een plekje worden gezocht voor een geïmproviseerd voorwerp dat helaas niet geplaatst kon worden tijdens de oefening: de als sigarenkistje uitgevoerde bom met een knipperend rood lampje. Die werd op de prijzenkast gelegd.
En toen.... “Moesten we plotseling op appèl verschijnen,” aldus Koppen “en werden halsoverkop de uitrustingen weer in de plunjebalen gepropt, waarna we in looppas en op tijd de appèlplaats bereikten.” Waarna de gebruikelijke militaire plichtple-gingen volgden, ingestapt werd in de voertuigen en de reis naar huis werd aangevangen. Op de prijzenkast knipperde het lampje van de bom in alle rust verder.


Een lange nacht
Het is de nacht van zaterdag op zondag, een uur of twee. Paul Koppen ligt nog niet al te lang in bed als de voordeurbel de stilte in huis verstoort. Koppen doet open en ziet twee mannen in donkerblauw uniform, marechaussee, en op de achtergrond een bekend type VW-busje. Als hij bevestigend antwoordt op de vraag naar zijn identiteit en soldaatzijn bij de NATRES, wordt hij gesommeerd in het busje te stappen. Een zwijgzame rit door stille en donkere straten eindigt bij de kazerne van de marechausseebrigade Weert. Paul Koppen zal die nacht zijn bed niet meer zien en ook de volgende ochtend niet.


Op dat moment is de Ernst Casimirkazerne in rep en roer. Enkele uren eerder was er een ontdekking gedaan door de wacht. Op de prijzenkast van gebouw B knipperde een rood lichtje en hoewel de kazerne in het weekend grotendeels verlaten was, kon het niet anders of, vroeg of laat, iemand dat lampje wel moest opvallen. De wacht keek op de kast en zag wat de maker bedoeld had dat hij zou denken en wat hij misschien wel in tientallen films had gezien: een bom! Paul Koppen over zijn huis-vlijt: “ Deze ‘bom’ bestond uit een houten sigarenkistje met een digitale ontsteking, bedrading en een knipperende LED-diode erop gevoed door een 9V batterij. In het kistje hadden we een mooi vierkant gemaakte homp stopverf gedaan als imitatie semtex en hierin hadden we als detonator een aluminium buisje gestoken (uit een oude Carmenset van de vrouw). Alles logisch aangesloten en vast gesoldeerd aan een LCD horloge.”


In de kazerne werd geen enkel risico genomen. Gebouw B werd ontruimd, de marechaussee op de hoogte gebracht en de Roermondse politie en burgemeester ingeseind. Vervolgens telefoneerde de marechaussee van de brigade Roermond met de Explosieven Opruimingsdienst (EOD) in Culemborg en meldde een verdacht voorwerp, mogelijk een bom. Niet veel later vertrok er een ruimingsploeg, twee bomspecialisten met alles wat ze nodig dachten te hebben in een topzware, speciaal uitgeruste bestelbus van Amerikaanse makelij gereden door een korporaal-chauffeur.
Terwijl de ploeg van de EOD onderweg was, deed de marechaus-see in Roermond een poging om de ‘daders’ te vinden. Volgens het Limburgs Dagblad van de maandag erop dacht men eerst nog aan een op de kazerne bedachte en gemaakte grap. Maar niet veel later ging de verdenking richting NATRES en uiteindelijk viel de naam van Paul Koppen. Waarna een busje richting huize Koppen werd gestuurd om de bewuste NATRES-militair op te pikken en nader aan de tand te voelen.
In de marechausseekazerne werd Paul Koppen aan een tafel gezet, kreeg potlood en papier en de opdracht om de sigaren-kistjesbom te tekenen. Toen dit naar beste kunnen gebeurd was werd de vraag gesteld of de tekening op schaal was. “Ja,” zei Koppen “1 : 50,2.” Dat soort humor werd niet op prijs gesteld, Koppen kon maar beter inzien dat dit niet het moment was voor grapjes. Van de dienstdoende wachtmeester kreeg hij te horen dat de EOD met groot materieel was uitgerukt: robots, röntgenapparatuur. En dat alle Roermondse hulpdiensten plus burgemeester ter plekke aanwezig waren. De financiële teller stond al op 20.000 gulden!

De EOD was inmiddels aan de slag gegaan en met de hook and line methode, een soort hengel, werd de bom van de prijzenkast getild om vervolgens geröntgend te worden. Het rapport dat van deze ruiming gemaakt is vermeldt: sigarendoosje, afmetingen 18 x 12 x 2,5 cm. Bovenop doosje: condensator (2), horloge, batterij, slagpen, brandend lampje.
In een toelichting staat waarom de EOD zich waarschijnlijk niet al te lang voor de gek liet houden: “overige pennen condensator willekeurig aangesloten.” Deze ‘bom’ had dus niet gewerkt en op het formulier werd dan ook hoax (letterlijk: bedrog) aangekruist. Wel werd het aluminium hulsje dat Paul Koppen als ontsteker had bedoeld nog opengeknipt en beproefd en het kistje geopend. Maar daarmee was de kous voor de EOD wel af. De ‘bom’ werd voor nader onderzoek bij de marechaussee achtergelaten en men ving aan met de terugreis. Uit en thuis totaal in zes uur. Waarschijnlijk lag het ruimingsteam al weer om half vijf in het eigen bed*.
Maar Paul Koppen was voorlopig nog niet klaar, hoewel tussen 03.00 en 04.00 uur toch wel duidelijk moest zijn hoe de vork in de steel stak. Koppen mocht de rest van de nacht bij de marechaussee blijven die hem pas aan het eind van de ochtend weer thuis afleverde. Een gevalletje van terugpakken?


Na afloop
Na zoveel commotie moest er wel een staartje aan deze muis komen. De marechausseebrigade Roermond stelde een rapport op van de hele gebeurtenis en dit werd doorgestuurd naar de Commandant Provinciaal Militair Commando (C-PMC), waar 425 Peloton onderviel. Hans Schoenmakers was wel op de hoogte van de bomplannen maar had de oefening niet kunnen meemaken omdat dit met zijn werk niet uitkwam. Pas een dag na de gebeurtenissen kreeg hij te horen wat er was voorgevallen.
Maar als commandant ben je verantwoordelijk en Schoenmakers kreeg het verzoek zich te melden bij luitenant-kolonel Willem Fontein, C-PMC Limburg, zetelend in Maastricht. Deze deelde hem met ernstig gezicht mee dat dit geen tweede keer mocht voorkomen en dat de richtlijnen van de staf nauwgezet moes-
ten worden nagevolgd. Van het marechausseerapport herinnert Hans Schoenmakers zich weinig, dat de ‘bommen’, men had inmiddels ook gehoord dat er nog een was geplaatst, er realistisch uitzagen. Maar dat was het wel, er werd geen douw uitgedeeld of aantekening gemaakt. Wel werd de vrije rol van het peloton als oefenvijand voortaan ook door anderen gespeeld.
Ook voor Paul Koppen waren er behalve een doorleefde nacht geen gevolgen. Volgens Koppen werden de bommen door 425 Peloton als een triomf gezien en stimuleerde de affaire om er nog fanatieker tegenaan te gaan. Wel plaatste hij meer dan eens een kanttekening bij de affaire: “Tijdens de briefing was er door de oefencommandant gezegd: “Er wordt niet op MAA geknokt of met losse flodders geschoten, maar als je boven in de OPS-room een bom kunt plaatsen ben je voor mij zo’n peer.”
En dat hadden ze gedaan, een douw hiervoor zou dan ook onbegrijpelijk zijn geweest.


De nepbomaffaire bleek ook later geen persoonlijke consequenties te hebben. Hans Schoenmakers stapte in 1988 over naar het reguliere leger en werd beroepsmilitair. Hij beëindigde zijn carrière als docent aan de Nederlandse Defensie Academie in Breda in de rang van luitenant-kolonel.
Paul Koppen eindigde zijn NATRES-carrière halverwege de jaren negentig. Het werd steeds moeilijker deze te combineren met zijn eigen zaak en het plezier in het vrijetijds soldatenleven was minder geworden.
De Ernst Casimirkazerne is grotendeels afgebroken en het terrein is gevuld met de winkels van een Outletcenter. Gebouw B waar het allemaal gebeurde bestaat nog wel en huisvest tegenwoordig winkels voor kookgerei en lingerie.

Verantwoording en dankwoord
Dit artikel kwam tot stand dankzij de ruimhartige medewerking van Paul Koppen en Hans Schoenmakers, zonder hen was het niet geschreven. Tevens dank ik eerste luitenant Marcel M. van de Explosieven Opruimingsdienst, die me een rondleiding gaf in hun historische verzameling en me hielp met de details van de ruimingsrapportage. Tevens een woord van dank aan de Semi-statische Archiefdiensten van Defensie en meelezer Fred Klijndijk.
Het verhaal van de nepbomaffaire wordt ook beschreven in het boek over de NATRES dat Hans Schoenmakers schreef samen met Jan Hoffenaar: November Romeo Treed Nader! De Natio-nale Reserve 1948-1998.

Overige bronnen: het Limburgs Dagblad van 03-12-1985 en www.weerverleden.nl


De röntgenfoto van de bom in de Ernst Casimirkazerne


* Combinatie van twee staffuncties. S2: inlichtingen en veiligheid en S3:
operationele planning en uitvoering.

* KMA-KMS: Koninklijke Militaire Academie en Koninklijke Militaire School, respectievelijk de opleidingsinstituten voor beroepsofficieren en -onderofficieren. Deze oefeningen werden Première genoemd en de deelnemers fungeerden bij toerbeurt als leidinggevende.

* Bron: weerverleden.nl, gezocht op 28, 29 en 30 november 1985 voor Maastricht. Hoogstwaarschijnlijk betreffen deze meteorologische cijfers het vliegveld.
** Ruimte van de luchtverkeersleiding.

* Het meldings, opdracht en ruimrapport van de EOD vermeldt 20.46 uur als tijdstip van melding. Zelfs al zou het een uur gekost hebben om op weg te gaan (wat zeer onwaarschijnlijk is), dan zou het ruimingsteam na 6 uur ongeveer rond 03.45 uur terug zijn geweest in Culemborg.