Het Prinsenhof
Ernst A.J. Burke
Het gouvernementshuis, de ambtswoning van de Stadhouder van het Overkwartier van Gelre is bij de stadsbrand van 31 mei 1665 in vlammen opgegaan. Het Prinsenhof werd tussen 1681 (zie fronton) en 1701 herbouwd, vermoedelijk door de Luikse architect Bertholet, in Maaslandse classicistische stijl. Op het laatste moment wordt besloten een bordes te bouwen aan de Pollartstraatzijde die de allure heeft van de trap aan het stadhuis, dit terwijl de hoofdentree aan de binnenplaats ligt. De bogen en zuilen tegenover het Prinsenhof op de binnenplaats herinneren aan de voormalige paardenstalling. Het torentje op de binnenplaats is een toevoeging, uit het einde van de 19e eeuw, van Pierre Cuypers, het bevat toiletten en een wenteltrap. Het Louisapension, gebouwd in 1911-1913 door Jos Cuypers, zoon van Pierre Cuypers, is een aanvulling op het Prinsenhof.
Toen er na 1702 geen stadhouders meer waren (vanaf dat jaar tot 1713 was het Gelders Overkwartier Staats, bij de Vrede van Utrecht van 1713 werd het Gelders Overkwartier verdeeld onder vier belanghebbenden), woonden er de gedeputeerden namens de StatenGeneraal en later de stadscommandant. In 1741 werd het Prinsenhof door de Staat verkocht aan kanunnik Goswinus de Bors, die de verpaupering van Roermond tegen wilde gaan met de vestiging van een Hospitaal-Generael. Zodoende werd het Prinsenhof verblijfplaats voor armen, wezen en bejaarden. Op de pleingevel van het Prinsenhof is een driehoeksfronton te zien met het jaartal 1681 en het wapen van Gelre. Binnen zijn nog een eiken hoofdtrap, marmeren schouwen, portretten en andere schilderijen van de 16e en 18e eeuw. In de Franse tijd heette het Burgerhospitaal. In 1856 wordt de naam Roomsch Catholijk (RC) Godshuis officieel. In 1859 werd in het gebouw een ziekenhuis ingericht met geld afkomstig uit de erfenis van Jonkvrouwe Louisa de Pollart en kreeg daarna de naam Louisahuis. In feite was het tot 1913 een verpleeghuis en daarna, tot 1931 een te klein ziekenhuis. De taak als ziekenhuis werd in dat jaar overgenomen door het St. Laurentius ziekenhuis. Sinds 1931 is in het fors uitgedijde complex de ouderenzorg centraal komen te staan, maar de naam is gebleven, zij het afgekort: Verzorgingshuis RCG.
Prinsenhof, binnenplaats
Wapensteen van koning (1621-1665) Philips IV van Spanje, in 1641 geplaatst, mogelijk in het voormalige Minderbroedersklooster. Onder zijn bewind werd de vrede van Munster (1648) gesloten. De samenstelling van het wapen wordt uitgelegd op een bord naast de steen.