Apotheker Cloquet
Ernst A.J. Burke
Met de enorme hoeveelheid kerken die de bekende architect Pierre Cuypers (1827-1921) heeft gebouwd en gerestaureerd kan weleens vergeten worden dat hij natuurlijk ook een ‘gewone’ architect was. Zo heeft hij in Roermond in zijn begintijd als architect voor de apotheker Jean-Baptiste Cloquet in 1852 een woonhuis ontworpen, tussen 1858 en 1861 gebouwd toen Cloquets zuster Anna Maria het huis in eigendom had. Deze sociaal voelende vrouw vestigde er een tehuis voor ongehuwde moeders in.
Het huis, Swalmerstraat 49, is gebouwd in neotudor / Vlaamse stijl. De ingang is omgeven door een geheel hardstenen lijst met een ingezwenkte latei. Boven de ramen zijn geen ‘wenkbrauwen’ (zoals gebruikelijk in tudorstijl) aangebracht, maar vlak in de muur liggende hardstenen lijsten. Er is een bakstenen muizentandlijst onder de dakrand. Een ijzeren traceerwerk met gotische vierpassen beveiligt de ramen. Twee geprononceerde dakkapellen met gemetselde spitsboognissen en bakstenen consoles sieren deze ‘Vlaamse’ gevel. Het werk van Cuypers uit het begin van zijn loopbaan is eerder eclectisch dan neogotisch.
De bakstenen gevel week destijds af van de veelal achter pleisterwerk schuilgaande gevels. Het is kenmerkend voor het werk van Cuypers: vakmanschap uitoefenen én laten zien. Zoals bij andere huizen in de Swalmerstraat te zien is, werden bakstenen gevels vaak gesausd met witte kalk. Later, na de uitvinding van de Portlandcement, werden de gevels ingestreken met cement, in een gladde of geruwde vorm. De bedoeling was om het vocht uit de bakstenen muur te houden. Vaak werd op de cement een groot steenmotief ingekrast om de suggestie van grote natuursteenblokken te geven. Cuypers verfoeide deze stijl, dit verhult volgens hem de constructie. Bij dit woonhuis is zijn werkwijze duidelijk gedemonstreerd: eerlijke baksteenbouw, die de constructie duidelijk benadrukt, door het gebruik van geglazuurde stenen.
De apotheek van Cloquet bevond zich op Markt 10, een pand gebouwd in 1779 (de gevel is van latere datum) op de plaats waar tot daarvoor de restanten van de Grauwe toren, een soort belfort, gestaan hadden (oorspronkelijk midden 14e eeuw).