De Kapel van O.L. Vrouw in 't Zand.
Bedevaartplaats van Maria.
Bijdrage van Cor Houben
Roermond heeft, naast de prachtige monumentale gebouwen en kerken,
ook een bedevaartsplaats waar al lang en nog steeds - velen naar toe
komen om Maria te vereren, te danken en om hulp te vragen: de Kapel
van Onze Lieve Vrouw in 't Zand. Wie vanuit de stad de Kapellerlaan
afloopt, ziet de Kapel in de verte liggen. Het is beslist de moeite
waard om de kerk te bezoeken. Met name in de zomermaanden staat het
beeldje van Maria extra in de belangstelling. De bedevaartganger of
de monumentenliefhebber zal verrast zijn door de geschiedenis van deze
kerk, het interieur en de sfeer die uitnodigt voor een moment van gebed
en bezinning. De kerk is sinds 1862 toevertrouwd aan de Paters Redemptoristen.
Historie
De oorsprong van de Kapel van O.L. Vrouw in 't Zand ligt in het begin
van de 15e eeuw. In 1418 geeft het toenmalige stadsbestuur van Roermond
opdracht tot de bouw van een eenvoudige Maria-kapel aan de rand van
een wei langs de
Roer,
alwaar het terrein hoger was en overging in een uitgestrekte heide.
De omwonenden hoefden dan niet langer de weg te gaan naar de eigenlijke
parochiekerk, de Christoffelkerk in de stad om daar de H. Mis bij te
wonen. Zo kwam het gebouwtje te staan daar waar de weg langs de Roer
zich in drieën splitste "buyten Zwartbruckers porten aen den
Zande" dat wil zeggen op een kwartier gaans buiten de toenmalige
omwalling van de stad Roermond. In deze niet zo grote kapel bevond zich
een Maria-beeldje dat langzamerhand bekend werd door gebedsverhoringen.
Voor het gewone volk ging het dan ook om een wonderdadig beeldje. Een
dergelijke beeltenis kon alleen maar op
miraculeuze wijze in deze omgeving gekomen zijn. Zo
werd de legende geboren van een herder die een beeldje van de Moeder
Gods gevonden had in een waterput daar te plekke. De herder zou een
jong Pools edelman geweest zijn. Wendelinus geheten, die zijn vaderland
had verlaten om God in stille afzondering en onbekend te kunnen dienen.
Na veel omzwervingen vond hij werk als schaapherder bij de pachter van
de Muggenbroekerhof. Dagelijks trok hij met zijn kudde naar een geliefkoosde
plaats: een dorre, met hei begroeide zandheuvel, waarop zich een waterput
bevond. Toen hij weer eens zijn kudde schapen wilde laten drinken en
daartoe een emmer water uit de put omhooghaalde, zag hij in die emmer
een Lieve Vrouwe-beeldje liggen. Hij bevestigde het in een nisje aan
een boom bij de put. Het beeldje ondervond zo'n grote verering vanuit
de stad dat de pastoor van Roermond besloot het naar de "Moderkirck"
over te brengen. De volgende dag echter was het beeldje weer terug aan
de boom bij de waterput ten teken dat O.L. Vrouw dáár,
"in gen Zande" vereerd wenste te worden. Toen is voor haar
een kapel gebouwd. In het licht van deze legende wil de volkstraditie
dat het beeldje gevonden zou zijn in 1435. Deze traditie is steeds gehandhaafd,
ondanks het gegeven dat de eerste kapel in 1418 gebouwd werd als buurtkapel
en aan Maria werd toegewijd zonder dat er sprake was van een miraculeus
beeld dat al in die omgeving verering had gevonden.
In
1578, tijdens de tachtigjarige oorlog moet in Kapel - ondanks dat ze
dan "mit miracelen seer beroempt is" - op
last van een Spaans officier afgebroken worden. Nu kon ze tenminste
niet meer ter verschansing dienen voor de Staatse troepen van Willem
van Oranje. Het is pas in 1607 dat weer een bescheiden bidplaats verrijst
op de plaats van de afgebroken Kapel. In 1610 laat de deken van de stad
Petrus Pollius daar ter plekke een totaal nieuwe en grotere kapel bouwen.
Deze bouw wordt in 1613 voltooid. De toename van "die soete devotie
van onse Lieve Vrouw int Sant" maakt uitbreidingen noodzakelijk
in 1684 en in 1689. In 1797, wanneer Roermond al enige jaren in Franse
handen is, wordt de Kapel op gezag van de machthebbers gesloten. In
1802 kan het kerkgebouw weer officieel voor de eredienst gebruikt worden.
De Kapel wordt nu tot hulpkerk van de parochiekerk van St. Christoffel
verklaard. Wanneer, op 19 oktober 1862, de bisschop van Roermond Mgr.
Paredis besluit de zorg van het heiligdom toe te vertrouwen aan de Paters
Redemptoristen is daarmee een geweldige impuls gegeven aan de Kapel
als bedevaartsoord. Omdat de Mariadevotie bij de Redemptoristen altijd
sterk geleefd heeft, hebben zij te Roermond alles gedaan om de verering
van Onze Lieve Vrouw in 't Zand te bevorderen. Zo geven ze - al snel
nadat het nieuwe klooster naast de bestaande Kapel betrokken was - opdracht
aan de Heren Cuypers en Stoltzenberg om het kerkgebouw te verbouwen
en te verbeteren
(1866).
De Paters Redemptoristen realiseren tegelijk met de kloosterbouw een
ruime Processiegang tussen de (oude)
Kapel en het klooster ten behoeve van processies bij slecht weer. Dit
heeft enig gehakketak tot gevolg gehad met de parochie van St. Christoffel,
toen
eigenaar van de Kapel. Gelukkig komt men tot overeenstemming. Door de
gestage groei van het aantal processies en bedevaarten en de toename
van het aantal inwoners in de directe omgeving blijkt de bestaande Kapel
al gauw te klein. Men besluit tot een grotere nieuwbouw. De eerste steenlegging
voor die nieuwe Kapel wordt op 1 mei 1895 verricht door de toenmalige
bisschop Mgr. Fr. Boermans. De grote stimulator tot realisatie van het
bouwwerk is Pater J. Lohmeijer. De bouw werd ontworpen door de architect
Johannes (Hermanus, Julius) Kayser. Bij zijn ontwerp van de huidige
Kapel heeft Kayser zich laten leiden door de sobere vormen van de 13de
eeuw Franse Gotiek met daarbij als mogelijke inspiratiebron de beroemde
Sainte Chapelle te Parijs. De officiële inwijding van het heiligdom
vindt plaats op 30 april 1896. Door de jaren heen heeft de aanblik van
het neogotische exterieur nogal wat wijzingen moeten ondergaan. Op 5
november 1921 raast een storm over de stad die de oorspronkelijk 34
meter hoge, ranke daktoren (even hoog als de Kapel zelf!) zodanig kraakt
dat hij afgebroken moet worden. Drie jaar later wordt deze toren vervangen
door het huidige, half zo hoge angelustorentje, ontworpen door de Roermondse
architect Franssen. Een tweede verminking van het gebouw vindt plaats
in 1940. Wanneer een van de hoektorentjes in de westgevel tijdens een
(november-) storm zwaar gehavend wordt, besluit men beide torentjes
af te breken. Net voor de bevrijding, in januari 1945, krijgt de Kapel
- na al enige schade opgelopen te hebben in voorgaande jaren - nog eens
mee te maken met oorlogshandeling die tot verdere ontluistering van
het gebouw leidt. Het dak wordt doorzeefd met granaten en het hele interieur
wordt één chaos. De belangrijkste herstelwerkzaamheden
duren van einde 1945 tot maart 1947. Wat niet meer terug aangebracht
werd, was de markante smeedijzeren nokversiering. De Kapel zoals ze
er nu staat heeft gelukkig toch nog veel van de oude glorie bewaard.
De Kapel fungeert sinds jaar en dag als rectoraatskerk, streekkerk en
bedevaartskerk.
Interieur
Het kerkportaal aan de Kapellerlaan - een latere toevoeging naar ontwerp
van Dr. P. Cuypers - binnenkomend, treft U rechts van de eigenlijke
toegangsdeur tot de Kapel de steen aan van de eerstesteenlegging. De
latijnse tekst luidt in vertaling: "Onder het toezien de verheven
Maagd van 't Zand heeft mij (=deze steen) Franciscus, Bisschop geplaatst".
Optelling van de juiste cijferwaarde van de onderstreepte letters geeft
het jaartal 1895. Als U de kerk binnenkomt begeeft
U zich naar het midden van het kerkschip en kijkt naar het hoofdaltaar.
Uw oog valt nu op een eikenhouten kruis, een zogenaamd triomfkruis.
Het is gemaakt door H. te Riele, Roermond naar een ontwerp van architect
Kayser (1897). Maar meer nog wordt Uw blik getrokken naar de triomfboogwand
voor het priesterkoor. De schilderingen zijn aangebracht door de Roermondse
kunstschilder Albin Windhausen in 1904/1905 naar schetsen van Dr. P.
Cuypers en een ontwerp van de grote Maria-kenner Pater J. Kronenburg.
Meer dan manshoge Heiligen en Zaligen gegroepeerd op drie boven elkaar
geplaatste niveaus, vereren Maria, die met het Kind en Engelen centraal
boven de boog staat afgebeeld naar het woord uit de lofzang van Maria: "Zalig zullen mij prijzen alle geslachten". Boven beide kapitelen
zijn dewapen van Amsterdam boven het linker kapiteel. Boven het rechter
kapiteel treft U het wapen aan van de Congregatie van de Redemptoristen.
Door de jaren heen heeft het kunstwerk nogal geleden van goed bedoelde,
maar ondeskundige reinigingen en restauraties. De schildering liep echter
vooral behoorlijke schade op tijdens de aardbeving in de nacht van 13
april 1992. Nu werd een gedegen herstel van de boog noodzakelijk.
Dit restauratiewerk Oudtestamentische Koningen Davit (met harp) en Salomo
weergegeven. Uit hun geslacht stamt Maria. De achtergrond van het geheel
is met bladgoud ingevuld. De schildering is een geschenk van de Amsterdamse
Processie.
Vandaar het werd uitgevoerd door de firma Schoenkamp uit Amsterdam.
Sinds 10 september 1994 is de triomfboog weer in volle glorie te bewonderen.
Als u nu naar het priesterkoor loopt en met de rug naar het altaar gaat
staan hebt U een prachtig uitzicht op het grote gebrandschilderd glas-in-lood
raam achter in de kerk. Het werd ontworpen door Albin Windhausen en
in glas uitgevoerd door het Roermondse atelier F. Nicolas en Zonen 1904.
Het is de tegenhanger van het tafereel op de triomfboog. Geen huldiging
van Maria door de Heiligen en Zaligen in de Hemel, maar door de mensen
op aarde. Dat wil zeggen Onze Lieve Vrouw in 't Zand omgeven door haar
bekendste vereerders. Onder andere het aartshertogelijk echtpaar Albrecht
en Isabella van Oostenrijk en Johanna van Randenraedt. In
de tweede Wereldoorlog zwaar beschadigd, werd het in 1947 gerestaureerd
door de Roermondse glazeniers L. van den Essen en Zoon. Na de gevoelige
stormen van januari 1990 moest het raam weer nodig een algehele restauratie
ondergaan. De orgelkasten aan beide zijden van het grote glas-in-lood
raam met pneumatisch orgel zijn geplaatst in 1906 door Gebr. Franssen,
Roermond. Het orgel werd in 1984 uitgebreid door Gebr. Vermeulen, Weert.
Op de linker orgelkast twee heilige figuren: Paus Gregorius 1 (hij ordende
de kerkmuziek) en H. Alphonsus (Naamgever aan het kerkelijk zangkoor).
Op de top van de twee orgelfronten musicerende engelen (atelier Cuypers,
1908). Keert U zich nu weer naar het altaar dan ziet U op het priesterkoor
- althans tijdens het bedevaartseizoen - de Mariatroon. Gemaakt door
Gebr. Brom uit Utrecht (1954) met daarin het Beeldje van O.L. Vrouw
in 't Zand. Dit beeldje is een bijzonder fraai voorbeeld van de productie
van het Mechels beeldsnijdersgilde van kort na 1500. Als zodanig gepolychromeerd
(=beschilderd) geweest. In 1866 door het atelier Cuypers gerestaureerd
en toen van bijna alle polychromie ontdaan. Plechtig gekroond van goud
(R. Vos, Roermond) bezet met parels en kostbare
diamantjes. De gebrandschilderde ramen boven het priesterkoor zijn van
atelier F. Nicolas en Zonen ( 1896/1897). Ze maakten deel uit van de
oorspronkelijke beglazing van de hele kapel. De overige ramen gingen
in 1945 door oorlogsgeweld verloren. De voorstellingen hebben alle te
maken met het sacrament van de H. Eucharistie en Christus als Allerheiligste
Verlosser.
U ziet van links naar rechts en van boven naar beneden:
H. Johannus de Evangelist
H. Gerardus Majella ontvangt de H. Communie van een Engel; Kain en Abel.
H. Clemens Hofbauer leest de H. Mis; het Offer van Abraham
H. Alfonsus in aanbidding; het offer van Abraham
Het Allerheiligste Sacrament; het Laatste Avondmaal
Verschijning van het H. Hart aan Margaretha Maria Alacoque; Christus
en de Emmaüsgangers.
H. Clara verdrijft de Saracenen door het H. Sacrament; de Wonderbare
broodvermenigvuldiging.
Het Sterfbed van H. Juliana van Cornillon.
H.Petrus.
Het hoofdaltaar is van J.Thissen, Roermond (1897).Oorspronkelijk was
het altaar hoger, met als bekroning een zeer groot H. Hartbeeld. Het
houtsnijwerk houdt allemaal ook weer verband met de H. Eucharistie en
met Christus als Allerheiligste Verlosser. Het tabernakel is gemaakt
van verguld koper door H. van Gardinge, Eindhoven (1897).
Voor de overzichtelijkheid is het beste om aan de ramen in de zijwanden
apart aandacht te schenken, na de rondgang langs
deobjecten
in de kerk zelf. U gaat hier dan ook gewoon verder bij het linker zij-altaar.
Dit St. Jozef-altaar is ook van J,Thissen (1898). Het houtsnijwerk geeft
taferelen weer uit het leven van H. Jozef. Terzijde van het St. Jozef-altaar
treft u een gebrandschilderd glas-in-lood raam uit het atelier van L.
van den Essen en Zoon (1954) metvoorstellingen van de H. Anna, H. Maria
en H. Joachim. Verder nog koning David met harp. In de nis
vlakbij:
een H. Hartbeeld uit het beeldenatelier F. Stolzenberg, Roermond (1881).
De spreekstoel is vervaardigd door H. te Riele, naar een ontwerp van
architect Kayser (1897). Het is een zogenaamde Maria-preekstoel waarop
de nederdaling van de H. Geest over de Apostelen en Maria is uitgebeeld.
In de nis naast de preekstoel staat een Piëta van gepolychromeerd
gips afkomstig uit het atelier Mayer, München (1874).
De biechtstoelen die u ter rechter- en ter linkerzijde ziet zijn tussen
de steunberen ingebouwd. Het houtsnijwerk is het gezamenlijke werk van
H. te Riele en Verboeket (1896/1897).
De kruiswegstaties, geschilderd op koper, zijn van Albin Windhausen.
Verder ziet u langs de wanden kaarshouders met daarin grote processiekaarsen.
Links en rechts van de zij-ingang twee vaandels, in bruikleen gegeven
door de Bossche Processie.
U komt nu bij het gebrandschilderd glas-in-lood raam boven de hoofdingang
onder het oksaal. Dit raam vormt een drie-eenheid met de ramen achter
in de kerk ter rechte- en linkerzijde van het middenpad. Atelier L.
van den Essen en Zoon (1954). De ramen geven symbolisch aanroepingen
weer uit de litanie van de H. Maagd Maria.
Hoofdraam: Madonna met kind (Heilige Moeder van God, Moeder van Christus),
Roos(Mystieke Roos), Lelie(Allerreinste Moeder, Zeer Kuise Moeder, Onbevlekte
Moeder).
Rechterraam: Ster (Morgenster), toren met aan beide zijden olifantenkoppen
(Ivoren Toren), Stad met Poort (Stad der toevlucht, Deur van de Hemel).
Linker raam: Ark van het verbond, Zetel der wijsheid, Toren met aan
beide zijden een harpje (Toren van David).
Onder het oksaal treft u verder nog tegen de wanden naast de toegangsdeur
delen aan van de communiebank die een groot aantal jaren geleden voor
het hoogaltaar stond. De panelen werden hier in 1995/1996 geplaatst.
Op het grootste paneel staat uitgebeeld psalm 42: "Zoals een hert
smacht naar stromen-de wateren, zo smacht mijn ziel naar U, o God".
De twee kleine-re panelen stellen twee afbeeldingen van de H. Eucharistie
voor, namelijk het joodse paasmaal en de spijziging van het joods volk
in de woestijn. De uitbeeldingen zijn ontworpen door architect Kayser
en gerealiseerd door H. te Riele (1896).
Het Gerardus-altaar rechts achter in de kerk ,met beeld van de H. Gerardus
(Atelier Cuypers)is een werkstuk van H. te Riele (1896).
Even verder kunt door een open sierlijk hekwerk binnenkijken in het
Maria-kapelletje. De oorspronkelijke bouw ervan dateert van 1878.
Links ziet u de put waaruit het beeldje zou zijn opgehaald. De afdeksteen
staat erbij. Tegen de achterwand is een mozaïek aangebracht waarop
de kroning van Maria in de hemel is uitgebeeld. Het is gemaakt door
Luigi Solerti van atelier A. Neuhausen, Innsbruck (1879). Het vleugaltaar
is geschilderd door Martin (1882). Links: Joachim en Anna. Rechts: Zacharias
en Elisabeth. Midden: de troon, waarop het Genadebeeldje staat buiten
het bedevaartseizoen, omgeven door een stralenkrans van 13 licht-jes.
De twee knielende engelenbeeldjes ter weerszijde van verguld zilver
zijn vervaardigd door Van de Hout, Roermond (1936). Aan de wand, achter
glas, tal van gouden zilveren ex-voto's, voorwerpen geschonken uit dankbaarheid
aan Maria.
Boven het hek treft u een ex-voto-kast aan. Oorspronkelijk werden de
geschonken sierraden e.d. aan de takjes van de "boompjes" opgehangen.
U komt nu bij rechterzij-altaar, toegewijd aan de H. Alfonsus. Het
met half-edelstenen bezetten Alfonsusbeeld is gemaakt door F. Stoltzenberg
(1865) De in hout uitgevoerde afbeeldingen van de hand van J. Thissen
(1899) hebben allemaal betrekking op gebeurtenissen uit het leven van
H. Alphonsus, stichting van de Congregatie van de Redemptoristen.
Loopt u - na deze rondgang - nog eens door het schip van de kerk, beginnend
aan de kant waar u nu staat en dan met de wijzers van de klok mee, om
de zestien nieuwe gebrandschilderde glas -in-lood ramen in de zijwanden
te bekijken. de ramen werden ontworpen door de glazenier Eugene Laudy,
Heerlen en uitgevoerd door atelier flos in Steyl/Tegelen. Ze werden
- in het kader van een algeheel renovatieproject van de kapel - in de
jaren 1990 -1992 geplaatst. De glaskunstenaar heeft als leidraad drie
hoofdmotieven genomen die verleden , heden en toekomst met elkaar verbinden.
Het eerste hoofdmotief vormt de voornaamste gebeurtenis uit het leven
van Jezus, Maria en de jonge kerk(raam 1 tot en met 13). Deze gebeurtenissen
verbeelden het verleden.
Het
tweede hoofdmotief heeft betrekking op enige voorvallen uit het leven
van Jezus die ons tot voorbeeld moeten dienen (raam 3 tot en met 6 en
raam 8). In de laagste panelen van deze ramen zijn enkele van de Werken
van Barmhartigheid weergegeven, corresponderend met taferelen uit het
leven van Jezus. Op die manier worden verleden en heden met elkaar verbonden.
Het derde hoofdmotief is de relatie tussen de kapel in 't zand en maria.
De ramen 14,15 en 16 tonen daartoe verbeeldingen ontleend aan het Boek
der Openbarigheid en richten - als zoda-nig - onze blik op de toekomst
.
Teruggekeerd bij het hoofdaltaar begeeft U zich nu naar de deur naast
het Mariakapelletje de deur is een koperen plaat aangebracht met een
tekst die de heiligheid van de plaats benadrukt. Naast de deur is een
herinneringsplaat aan de aardbeving van 13 april 1992 bevestigd.
Het kleine gangetje doorlopend komt u in de Processiegang. Vroeger
een weg die het klooster scheidde van de Kapel. Wat hier meteen opvalt
zijn de motieftegels- meer dan 7000 - op de muren. Met het aanbrengen
hiervan is men begonnen in 1927. Het was een mogelijkheid voor de bedevaartgangers
om hun dankbaarheid aan Maria te tonen. Tussen de gedenktegels vindt
men die van kardinaal van Rossum en van verscheidene (missie)-bisschoppen.
Boven de toegangsdeur naar de Kapel houdt een tegeltableau de herinnering
vast aan het gilde dat de feestelijkheden organi-seerde rond het 550-jarige
bestaan van het bedevaartsoord in 1985 en het Jubileumjaar zelf. Het
is uitgevoerd door L. van den Essen , Roermond naar een onderwerp van
C. Lucker, Roer-mond.
Begeeft U zich nu even naar links om - in de juiste volgorde - reeks
van de zeven ronde gebrandschilderde ramen te kunne bekijken waarop
in grote lijnen de geschiedenis van de kapel is weergegeven. De tweetaligheid
van de tekst wijst op de vele bedevaartgangers uit het Duitse taalgebied.
De ramen zijn uitgevoerd door atelier G. Mesterom, Roermond (1929)
. In het midden van van de Processiegang treft U drukkranen aan, waarmee
water kan verkregen worden uit de put. Aan water wordt door de pelgrims
bijzondere waarde gehecht . Dagelijks komen bezoekers om het heilzame
water te drinken en het mee naar huis te nemen. Boven de kranen een
schildering van O.L. Vrouw in 't zand om-ringd door een tegeltableau,
waarop scènes uit de historie van het bedevaartsoord.
Daarnaast een tegeltableau met recente historie. Het werd onthuld op
27 juni 1997 tijdens de 15de Zigeunerbedevaart bij onze Lieve Vrouw
in 't Zand. Het tableau brengt in herinnering dat in 1982 voor het eerst
een bedevaart van alleen maar Sinti (=zigeuners) en woonwagenbewoners
kon plaats vinden naar een Maria-pelgrimsoord in Nederlands en wel met
name naar de Kapel in het Zand. De tekst in Sinti is veelbetekenend.
In vertaling luidt ze: Wij bidden voor jullie. Het geheel is gerealiseerd
door L. van den essen naar een tekening van Sint D. Wanner.
In het zijkappelletje onder de bogen, ziet u tegen de wand de volgende
beelden:
H. Anna met Maria.
H. Theresia van Lisieux.
H. Clemens.
H. Antonius met Jesus.
Vanuit deze bidplaats heeft men een goed zicht op het Maria-altaar.
Buitenkant van de kapel
Bij het verlaten van de processiegang aan de kant van de Parklaan vindt
U in de zuidelijk zijmuur enige historische documenten ingemetseld.
Van boven naar beneden zijn dat:
Een mergelsteen met het relief "Ao 1689". De steen is afkom-stig
uit het voorportaal van de oude kapel, de zogenaamde domus aurea. Dit
portaal is in het genoemde jaar aan de kapel bijge-bouwd.
Vier kanonskogels, afkomstig van vroegere beschietingen van de kapel.
Vier mergelstenen die samen het jaartal 1613 uitbeelden. Ze zijn afkomstig
uit de oude Maria-kapel waarvan de bouw in 1613 voltooid werd.
Een plaquette van terracotta die de herinnering bewaart aan de gedeeltelijke
verwoesting van de kapel in 1945 en het herstel in 1947. De gedenkplaat
is vervaardigd door de Roer-mondse beeldhouwer J. Lucker (1947).
Een arduinen steen met ingebeiteld een Latijns jaargedicht. Opgeteld
geven de benadrukte letters het jaartal 1896, het jaar waarin de huidige
kapel in gebruik werd genomen. De tekst luidt in vertaling: "de
hier geplaatste stenen (1613- 1689) zijn bewaard (gebleven) uit de oude
muren van deze (vroegere) Kapel in 't zand."
De onderste gedenksteen legt de jaren vast waarin de renova-tiewerkzaamheden
aan de muren en aan de daken van de kapel plaats hebben gevonden. 7
mei 1988.
De
grote initiatiefnemer van deze renovatie alsmede van de algehele restauratie
van de Kapel in de negentiger jaren is de toenmalige rector pater J.
Konings geweest. Iets verderop is een relief in brons en koper aangebracht
als herinneringsteken aan de Rectoraatsbewoners die slachtoffer geworden
zijn aan het verzet in de tweede wereldoorlog. Links Pater L. Bleys,
rechts pater G. van den Heuvel. In het middengedeelte worden de overige
verzetsslachtoffers herdacht. De plaquette is gemaakt door de Roermondenaar
Dolf Wong (19-49).
U gaat nu rechts af. Boven de hoofdingang, hoog in de westge-vel treft
u een grote kopie aan van het genadebeeldje in grijze zandsteen.
Het is een geschenk van de architect Kayser en gemaakt door H. te Riele
(1896). U gaat weer rechts af. U komt nu bij de kerkportaal aan de kant
van de Abelenlaan. Boven de twee kerkingangen is een relief in grijze
zandsteen aangebracht. Boven de eerste ingang is de geopende Hemelpoort
uitgebeeld. Het relief boven de tweede ingangsdeur geeft O.L. Vrouw
ten Hemelopening weer.
U begeeft zich nu naar de achterkant van het kerkkoor (absis) in het
verlengde van de Kappellerlaan. Hier treft u, achter een hekwerk in
een nis een Mariebeeld aan uit het atelier St. Joris, Beesel. U loopt
vervolgens iets verder door en kunt dan bij de eerstvolgende deur rechts
de Processiegang weer in.